Loven – dag en nacht

Bericht van Grandchamp 2019

Lofprijzing die uitmondt in alomvattende liefde

Het thema lofprijzing heeft ons het afgelopen jaar zo geïnspireerd dat we besloten het in het komende jaar verder te verdiepen… en het woord te geven aan Mère Geneviève. Het is dit jaar namelijk 75 jaar geleden dat ze in Grandchamp aankwam. De lofprijzing in de schepping was voor haar een voortdurende bron van inspiratie. En dat is het ook voor ons. Juist in de bergen worden we ons als mens bewust van onze juiste plaats, ervaren we onze nietigheid en kwetsbaarheid in de grootsheid van de natuur, volkomen afhankelijk van God en van de schepping die ons omgeeft. Lofzang welt als vanzelf op in ons hart. Dat is ook de reden waarom Geneviève Micheli voor de communiteit een kluizenaarswoning liet bouwen in de Engadinen, de plek bij uitstek voor aanbidding en lofprijzing. Vanuit haar chalet en door de sneeuw ingesloten, schrijft Geneviève Micheli op 6  november 1940 aan zuster Marguerite: “Wat een stilte, wat een grootsheid, wat een zuiverheid! De aanwezigheid van God lijkt me voelbaar en alles leidt tot aanbidding en liefde die het hart doet smelten en tranen van vreugde laat stromen. – Wat een oneindige genade.” Broeder Richard van Taizé begon de retraite voor de communiteit met de woorden: “In Taizé staat een lindeboom waar in de top ’s ochtends en ’s avonds een merel zijn lied zingt. De jongeren in Taizé vertel ik vaak over deze merel. We zijn immers allemaal geroepen om onze plaats in de schepping te vinden die eigen en uniek is. Deze plaats is een bron van lofprijzing en lofzang.” De schepping verhaalt over God en over onszelf, het is belangrijk ervoor ontvankelijk te zijn. Op onze eigen plaats kunnen we God loven om wie Hij is, zoals de merel in de boom. Deze momenten van lof versterken ons innerlijk wezen. Ze helpen ons God zelfs in de nacht te zoeken en Hem ook in moeilijke tijden te loven.
Want lofprijzing betekent niet dat er geen strijd is. Als we deze durven aangaan in de diepte van onszelf, in de stilte, dan kan lofprijzing in ons opwellen! We nemen echter ook een risico, want de stilte noopt ons onze maskers te laten vallen waardoor ons leven in al haar naaktheid aan het licht komt. Deze strijd in ons, met alles wat dat kan omvatten aan duisternis, geweld, pijn en peilloze diepte, klaart beetje bij beetje op als we Gods kijk in ons leven durven toelaten. Dan kan licht in ons doordringen, het Licht van de Opstanding. Dan ontdekken we dat we kunnen zingen, zoals de merel, vanuit die heilige plaats die we allemaal in ons dragen. Dan kunnen we met heel ons wezen, met alles wat in ons is, onze verwondering en onze dankbaarheid voor het leven uitzingen! De weg die Mère Geneviève is gegaan is hiervan een sprekend voorbeeld. Dit jaar is het 75 jaar geleden dat Geneviève Micheli in Grandchamp kwam om Moeder van de nog zoekende communiteit te worden, zo een antwoord gevend aan het verzoek van zuster Marguerite een jaar tevoren. Voor Geneviève Micheli is het een jaar van innerlijke strijd geweest, om tenslotte ja te zeggen op dit verzoek dat naar haar gevoel een appèl van God zelf was. Een ja dat uiteindelijk leidde tot haar volledige overgave. Voor ons nu is dat dan ook aanleiding tot lofprijzing, want haar strijd en haar overgave hebben de communiteit een stevige basis gegeven om te groeien en zich te ontplooien. Een ingrijpende gebeurtenis heeft heel haar leven bepaald en haar op dit jawoord voorbereid. Door het dodelijk ongeluk van haar man bleef zij, pas 27 jaar oud, achter met 3 jonge kinderen. Juist door deze gebeurtenis heeft ze Gods oneindige Liefde mogen ervaren, het Leven in Hem, Christus die de dood heeft overwonnen, de Opstanding. Daarom kon ze schrijven: “Nu kon ik, alleen, naar Genève gaan. God heeft de dood overwonnen. Er was geen angst of verschrikking meer. Er was alleen nog de alomvattende Liefde van God.” Een andere beslissende stap was de keuze om retraites te organiseren met enkele bevriende vrouwen van de Vrouwengroep Morges. Het samen ontdekken van “stilte, onthechting en het zich totaal verlaten op God.” Het thema van de eerste retraite in Grandchamp (1931) was dan ook: “God is Liefde.” In deze retraite heeft ze mogen ervaren dat lofzang overstroomt in universele liefde. Zij schrijft toen de mooiste uren van haar leven te hebben beleefd. Alles leek haar wonderbaarlijk mooi, zelfs het gezicht van iedere onbekende die ze op straat tegenkwam. Want “het is prachtig elkaar te beminnen.” In 1933 schreef ze aan Marguerite de Beaumont, lang voor het begin van de communiteit: “God vraagt alles van ons, maar vooral geeft Hij ons alles. En ik zie Hem in het midden, vooral als Degene die men liefheeft. Alles valt op zijn plaats, alles krijgt zijn waarde en onthechting wordt bevrijding. Zo zie ik het Koninkrijk van God in ons: God, Meester van alles… Voorbijgaande aan inspanning zie ik genade… Deze genade is wonderschoon en de Liefde van God komt me zo overweldigend en bedwelmend voor dat ik niet de opoffering zie maar enkel het hart dat zich geeft en het hart dat ontvangt… Is dan inkeer om God te vinden en Hem zo dicht bij ons te zien, niet het geheim van het leven? Worden we dan niet menselijker, meedogender, liefdevoller naar anderen toe, zoals Christus?”   Lofprijzing en onthechting gaan samen en maken ons authentieker, vrijer, en dus kwetsbaarder maar ook ontvankelijker voor de ander en voor de Ander. Dan kunnen we, zoals de merel, onze eigen plek innemen, en een lied van liefde, van lofzang aanheffen. Jean Vanier (stichter van de Ark-gemeenschap, overleden in mei 2019) was een levend voorbeeld van deze kwetsbaarheid, door zijn leven te delen met mensen met en zonder verstandelijke beperking. Op veel mensen heeft hij diepe indruk gemaakt door te getuigen van de waarde van elk mens, iedere persoon. Hij herhaalde telkens weer: “In het hart van iedere man, van iedere vrouw, ligt het geheim besloten van de persoon; los van cultuur, van religie, ben jij! Heel broos. Ik heb jou nodig. We zijn geboren met een immense broosheid en blijven ons hele leven kwetsbaar. Jij, met jouw hart dat ernaar verlangt bemind te worden en te beminnen, een relatie te leven, een echte ontmoeting. Welke ontmoeting heeft je leven gegeven, heeft je veranderd, heeft je zin gegeven om te leven?” Een lofzang die overvloeit in alomvattende liefde! Een ontmoeting van die kwaliteit betekent ook werken aan je innerlijk leven, aan je relatie met God, met jezelf, met anderen, met de natuur. Paus Franciscus noemt het integrale ecologie. In zijn encycliek Laudato Si vat hij het samen met de woorden: “Alles is gave, alles is met elkaar verbonden.” Elena Lassida (theologe en econome) voegt daaraan toe: “Alles is breekbaar.” Vandaag horen we duidelijk de dringende oproep onze levensstijl te veranderen om onze planeet te redden. Maar op een dieper niveau gaat het om verdieping van ons geestelijk leven, om de noodzaak ons geestelijk leven te voeden en er zorg voor te dragen. Dat we ons steeds meer bewust worden van de heilige, goddelijke dimensie van ons leven. Zich met God verbonden weten, zoals Christus. Dit persoonlijk onderweg-zijn wordt concreet in het samenleven-in-vrede, in verbondenheid, met betrokkenheid. Moge het leven van geloof en liefde van mensen zoals Jean Vanier, Mère Geneviève en vele anderen, ook ons vandaag nog inspireren. Dat is bron van lofprijzing tot de Meester van het universum, lofprijzing die dag en nacht doorgaat en ons onze plaats in de schepping doet vinden, te midden van alle schepselen.
We kunnen ons nog laten inspireren door de woorden van Mère Geneviève die ze schreef in de Engadinen in de herfst, als de lariksen vuurrood kleuren: –  “Deze schoonheid is zo buitengewoon mooi dat men opgetild wordt, daar waar de Geest één en al aanbidding is – alles is vuur en vlam.” –  “Dit najaar kende ik verdrietige dagen, maar op een dag werd ik heel vroeg wakker en vanuit mijn raam zag ik die ingekeerde, stille schoonheid van de natuur, nog onaangeroerd door het menselijk oog, mysterieus, een dagenraad van wonderbaarlijk volmaakte schoonheid. Dat troostte mij volkomen en ik zei bij mezelf: deze schoonheid is altijd aanwezig, zij is er. Het is niet belangrijk of ik haar bewust zie of niet, zij is er altijd, dat alléén is belangrijk.“ –  “Ja, je moet tot overgave komen. Na een wekenlange, pijnlijke en onvruchtbare strijd kon ik dat ook. En ik leef weer op – opnieuw diep geroerd door de Liefde van God. Alles krijgt weer wonderschoon kleur en een lied van dankbaarheid welt op in mijn hart.” –  “God is er altijd, op ieder moment, en omhult ons met kracht, schoonheid en liefde, en wij merken het niet. Ik denk dat, toen Christus nog op aarde was, zijn ontmoeting met een mens alle omvang en kracht van deze stilte inhield, geheel vervuld van Gods aanwezigheid.” Dat we steeds opnieuw onze eigen plek in de schepping mogen vinden zoals de merel die ‘s ochtends en ‘s avonds zingt. Dat wij ook in donkere dagen ons onze grondervaringen herinneren en terugdenken aan gebeurtenissen die ons deden herleven. En waardoor we weer kunnen zingen van alomvattende liefde. Liefde die mensen verenigt, kwetsbare mensen ontvankelijk als een kind (Lukas 18:17). Zuster Anne-Emmanuelle

Lofprijzing: vier zusters nemen het woord.

God heeft ons geschapen om hem te loven. Een thema dat mij het hele jaar door heeft gedragen en gevoed, het heeft mijn blik op de wereld en hoe ik de Heer loof veranderd. De litanie die we zingen “Gij die ons roept lofzang te zijn midden in de wereld …” drukt voor mij alles uit en geeft me troost. ”We zingen uw lof te midden van verdriet en lijden”: oorlogen, aanslagen, geweld, terrorisme, natuurrampen, ziekten, dood … en zoveel andere moeilijkheden die elk van ons kunnen overkomen. Ondanks dit alles is de lofzang nog steeds aanwezig, die innerlijke kracht die ons overeind houdt en die ontspringt aan de relatie met de levende God en de gemeenschap tussen ons. Ik kan God ook loven zonder woorden als ik bijvoorbeeld de tijd neem om van het leven te genieten: als ik de smaak van een vrucht proef, een vogel hoor zingen of mij verwonder over een zonsondergang… Zo vind ik inspiratie in de wereld om Hem aan wie de wereld toebehoort te loven. De schoonheid van de schepping is voor mij genoeg reden om te zingen voor God. Zelfs in onkruid is er schoonheid. Wanneer ik stilsta bij de dingen die de Heer iedere dag voor mij doet, dan zie ik dat mijn lijstje met dankzeggingen veel langer is dan de lijst met vragen en wensen. Dat is weer een reden temeer om Hem te loven.
Op een keer was ik bijzonder getroffen door de hymne aan het begin van de brief aan de Efeziërs, waar driemaal staat dat wij geschapen zijn “tot lof van zijn heerlijkheid” (NBG), dat dit mij niet meer heeft losgelaten. Ik ben tot de overtuiging gekomen dat dit de zin van ons leven is, van ieder van ons persoonlijk, en van onze gemeenschap. Mijn ontmoeting met het Jodendom heeft de nadruk op de lofprijzing nog versterkt. De liturgie van de synagoge en de individuele gebeden bestaan voor het grootste deel uit lof- en dankzegging. Ja, zij leren ons dat we moeten dankzeggen voor alles wat we leven en wat ons overkomt. Zo heb ik geleidelijk aan een litanie van lofzang gemaakt voor als ik wakker word: –  voor de adem die God mij elke dag opnieuw geeft, –  voor mijn lichaam en mijn organen, gewrichten, spieren, –  omdat God mij gezien heeft, een licht heeft aangestoken in mijn duisternis en elke dag opnieuw mijn oor wekt opdat ik hoor. En terwijl ik naar het meer wandel loof ik de Heer voor alles wat mij omringt, voor de maan en de sterren, voor de zon die op gaat, voor de bergen, de heuvels, de weiden en de velden, voor de wolken, de regen, de gletsjers en de bronnen, voor alles wat de aarde vochtig maakt en vruchtbaar, voor alles wat groeit en mens en dier voedt. Voor de dieren, en voor de mens die God naar zijn beeld en gelijkenis heeft geschapen, voor Jezus, de meest menselijke van alle mensen. En voor de mens die ikzelf ben en mijn zusters zijn.
De litanie “Gij die ons roept … “ verwijst naar een Bijbeltekst: Jesaja 62:6-7 (NBV). Dat lijkt mij belangrijk omdat deze verzen een ander aspect van lofprijzing belichten: “Jeruzalem, ik heb wachters op je muren gezet die nooit zullen zwijgen, dag en nacht. Jullie die een beroep doen op de HEER, gun jezelf geen rust en gun hem evenmin rust, totdat hij Jeruzalem weer heeft gegrondvest en haar roem – lof – op aarde heeft bevestigd.” Er is een verband tussen waken en loven. De wachters roepen God dag en nacht aan om in te grijpen. Ook wij, door onze lof, herinneren God eraan om voor onze wereld te zorgen. Dat is ons werk. En het is God die Jeruzalems “lof op aarde” zal vestigen. Dat neemt Hij voor zijn rekening. Het is dus onze taak om “tot lof van de heerlijkheid van zijn genade” te zijn, zie Efeziërs 1:6. Hoe kun je meer en meer lof van Zijn heerlijkheid worden? Door steeds eenvoudiger te worden. Door er te zijn, beschikbaar voor Zijn tegenwoordigheid, voor wat Is. Door het leven te proeven met zijn vreugden en zorgen. Door elke dag als dag van God te leven (“Vivre l’aujourd’hui de Dieu”, Br Roger). Kortom, door wat ons gegeven wordt te ontvangen met verwondering. Wat in ons leven mij helpt is onze gezamenlijke lofprijzing, dagelijks vier keer. Daardoor treden we binnen in iets dat ons door de traditie gegeven is, oude woorden al eeuwenlang gezongen en gesproken en soms ook oude melodieën. Persoonlijk beleef ik veel in het zingen. Al zingend opent zich in mij een diepere en meer innerlijke toegang tot het Woord van God; het doordringt mij, het gaat door mij heen en ik geef daar uitdrukking aan met mijn stem, mijn adem, met alles wat in mij is.
Lofprijzing zijn omvat meer dan alleen lof zingen. Het betekent zoiets als helemaal aanwezig zijn in het heden. Om zo het Leven te ontdekken dat leeft in de goedheid en de schoonheid van de schepping, en in ieder mens. Het is een innerlijke houding van aandacht voor al wat leeft, ik hoef eigenlijk niets te doen, maar wel te worden. Te veel dingen nemen mij in beslag om lof te zijn, maar ik kan er wel voor kiezen mij daarop te oriënteren. Als ik over lofprijzing nadenk dan geloof ik dat deze haar wortels heeft in het kruis van Christus. Hij is voor mij en voor ons allen zo ver gegaan, om ons van de macht van geweld te bevrijden. Dan zwijg ik voor de diepe werkelijkheid van deze liefde: lofprijzing wordt stilte.

Een vruchtbaar jaar…

Het thema van lofprijzing heeft ons werkelijk gesteund en gevoed in het leven van elke dag. Soms was het als of we ons op een evenwichtsbalk bevonden. Daarbij werden we… –  gesterkt door bij elkaar te komen zoals tijdens de zusterraad, elke zomer. Het is een belangrijk moment in ons gemeenschapsleven, een tijd van luisteren naar elkaar, waardoor dat wat ons van elkaar verschilt steeds meer een bron van verrijking wordt, een gelegenheid om onze horizon te verbreden. Gloria Wekker, antropologe en emeritus hoogleraar aan de universiteit van Utrecht, en Twie Tjoa, supervisor en trainer, hebben gedurende 2 dagen onderwerpen betreffende identiteit, kolonialisme en racisme met ons behandeld, op basis van het boek van Gloria Witte Onschuld[1]. Een verleden dat nog steeds invloed heeft op de manier waarop we naar anderen en onszelf kijken. –  aangemoedigd door nieuwe inzichten. In februari kwam Nicole Fabre, predikante in de Eglise protestante unie de France, om ons te helpen de brief aan de Hebreeën beter te verstaan. Br Pierre-Yves van Taizé hield een lezing over de eucharistie. In de week voor Pinksteren gaf kleine zuster van Jezus Gertrud Veronika voor ons een serie meditaties over het leven van br Charles de Foucault en van kleine zuster van Jezus Magdeleine. Dit jaar vierden de kleine zusters immers het 80-jarig bestaan van hun Fraterniteit! –  gestimuleerd door ontmoetingen en missies waaraan zusters meededen zoals… de retraite van de Fraternité du Serviteur Souffrant in Brazilië en Zwitserland, de Europese ontmoeting van Taizé in Madrid, de viering van het 70-jarig bestaan van Kerk en Vrede in Berlijn… En door deelname aan belangrijke gebeurtenissen in andere communiteiten: het 50-jarig jubileum van de Monastieke gemeenschap in Bose (Italië), het 750-jarig (!) bestaan van de Abdij La Fille Dieu in Zwitserland. Zr Anne-Emmanuelle was in Monte Oliveto (Italië) voor de bevestiging tot abt van br Mark-Ephrem van het Holy Cross Monestary in Rostrevor, Noord-Ierland. Samen met zr Pascale was zij ook bij de inzegening van zr Marthe Elisabeth tot priorin van de communiteit van Pomeyrol (Fr). Zr Pierrette en zr Siong waren in Rome voor de begrafenis van kleine zuster Jeanne. Zr Siong leidde een sessie voor de kleine zusters in Tubet (Fr) en zr Pierrette voor de zusters van Eygalières (Fr). Zr Anne-Emmanuelle en zr Regina namen deel aan een vergadering in Mazille (Fr) waar ze met 16 (klooster)gemeenschappen de weg naar een ecologische omwenteling verkenden. Dit hield zowel uitwisseling als reflectie in, onder leiding van Elena Lassida. Eén van haar studenten had tevoren al deze gemeenschappen bezocht en onderzocht in hoeverre de integrale ecologie waarover Paus Franciscus schrijft in zijn encycliek Laudato Si, wordt toegepast. Zr Gesine nam deel aan een bijeenkomst in Citeaux (Fr) voor de novicen meesters en meesteressen. Zr Maatje was weer twee maanden in Israël / Palestina om vrienden te bezoeken en om contacten te onderhouden. Tot onze vreugde waren zr Pierrette en zr Siong drie maanden in Taizé. Broeder Alois had ons dit gevraagd omdat hij het belangrijk vindt dat na het avondgebed in de kerk, naast de broeders, ook zusters aanwezig zijn om naar jongeren te luisteren. Volgende zomer gaan wij er weer naar toe…  

Twee oecumenische gebeurtenissen:

–  Een hartverwarmend bericht: De Poolse Raad van christenen en joden verleende aan zr Michèle de titel van Figuur van verzoening – 2018. “Wij eren haar hiermee om onze dankbaarheid te betuigen voor haar houding, haar activiteiten en haar contacten met Polen, en met de leden van onze Raad in het bijzonder. Bovendien verheugt het ons hiermee onze dank uit te spreken voor de Communiteit van Grandchamp”, aldus de beide voorzitters Stanislaw Krajewski en Zbigniew Nosowski. De ceremonie vond plaats op 4 augustus in het Centrum voor Dialoog en Gebed in Auschwitz (www.cdim.pl), een heel bewogen en vriendschappelijk moment. Zr Michèle was al ter plaatse om samen met Karin Seethaler een retraite van contemplatief gebed te leiden. Daarin wordt telkens weer een weg van gebed, innerlijke strijd en verzoening gegaan. –  De commissie voor Geloof en Kerkorde van de Wereldraad van Kerken heeft ons gevraagd het thema en het liturgieboekje voor de Week van Gebed voor de eenheid van christenen – 2021 voor te bereiden! Begin september kwamen vertegenwoordigers van de Wereldraad van Kerken en de Pauselijke Raad voor de Eenheid naar Grandchamp voor de afronding.
Op de Sonnenhof ontvangen de zusters – met de komst van zr Ursula nu 7 in aantal – veel gasten, mede dankzij de praktische hulp van leden van de Freundeskreis. Met een feestelijk weekend markeerden we het 5-jarig jubileum!
Elk jaar houden we een dag voor onze vrijwilligers om hen te bedanken; dit keer viel het samen met ons oogstfeest! Iedereen hielp bij het versieren van de kapellen, de eetzaal en de ontvangstruimte. Prachtig! Met vreugde brachten we onze gaven naar het altaar om God te danken. Daarna deelden we alles met iedereen. Heel hartelijk dank voor veel creatieve hulp! Dit dankwoord richten wij ook tot u allen die ons zo trouw steunt, hier en in het buitenland, met giften en gaven, vriendschap en gebed. Een onschatbare steun die ons in staat stelt onze weg voort te zetten dankzij u en met u! Kerstfeest, mysterie van geboorte… geboorte tot een nieuw leven in God voor onze zusters Claire-Irène en Laure en voor Julia Esquivel. Wij danken God voor hun leven en voor dat van andere naasten en vrienden die ons dit jaar zijn ontvallen. Kerstmis, mysterie van geboorte, van een God die een klein kind wordt, om ons, in onze kwetsbaarheid en in onze nachten, nabij te zijn.  

In het licht van Kerst wensen wij u vreugde en vrede.

De zusters van Grandchamp

  [1] Gloria Wekker : White innocence. Duke University Press. Durham and London. 2016